Durven

Haar haar zit strak achterover, de ogen zijn prachtig opgemaakt. Ze draagt een zwierige jurk. Haar blik is scherp. Ze heeft mij gevonden via internet, het was een stukje rijden om bij mij te komen. Ze is kordaat, gaat zitten, slaat haar rechterbeen over de linker en legt haar handen in haar schoot. Haar blik boort in die van mij. ‘Vooruit met de geit’, zie ik haar denken.

Na een paar vrij algemene statements ‘zie’ ik opeens een grote vlakte, open ruimte en Chinese tekens. Het is voor mij gelijk duidelijk dat er een diep verlangen bestaat bij haar naar dat land, naar China. Wanneer ik het uitspreek komen er tranen. Ze komt wat in opstand. ‘Ja, ze wil heel graag, maar hoe dan?’ Ik laat haar inzien dat het een beetje bij haar past, ze weet
heel goed wat ze wil maar de eerste stap die is voor haar huizenhoog. Ze raakt wat geïrriteerd en zegt; ‘Ik doe het niet, ik kan het niet, ik durf het niet.’ Ze hoopte zo dat ik het voor haar kon regelen. Helaas zit dat niet in mijn pakket. Het is soms pijnlijk om te horen waar de kneep zit. Dat je niet echt happie de peppie bent, niet omdat je niet weet wat er moet veranderen maar dat je de deur niet durft te openen naar die verandering.

We spreken het door. We bekijken het van alle kanten. Ze had geen gelijk wat betreft het kunnen, want dat kan ze wel. Het zit ‘m in het durven. Dat inzicht, die ze krijgt, voelt als een aardverschuiving voor haar. Het afscheid is desondanks warm. Ik kijk haar na, als ze naar de auto loopt. Ik hoop zo dat haar droom, haar wens zo groot is, dat ze niets anders kan doen
dan haar lef inzetten.